Column


Foto: Jetty Sporken
2 januari 2018
Schubert? Ja,graag
Hoe vaak lees je of heb ik het over de innerlijke kracht van klassieke (en andere) muziek? Stukken die als geroepen komen op momenten dat je ze nodig hebt. Als er iemand uit mijn kring komt te overlijden kies ik graag voor muziek waarvan ik inschat dat die mij met hem of haar verbindt. Rouwen met schoonheid. Andere werken zijn weer geschikt voor de meer blije momenten als vakantie of feestdagen. Muziek is alomvattend.
Nadat de minister-president ons de tweede lockdown had ingeloodst heb ik me met koptelefoon afgezonderd van de wereld en ben in zelftherapie gegaan, in het besef dat cultuur en horeca het opnieuw moeten ontgelden. Even was er de beheerste comeback, komt de volgende oplawaai. Een harde klap op een gong is niets vergeleken met de dreun die de pandemie uitdeelt. Mijn keuze viel op pianomuziek van Schubert, door András Schiff, Khatia Buniatishvili en Grigori Sokolov, nooit eerder had ik zo’n behoefte aan een portie troostmuziek. Schubert ligt dan voor de hand, hij maakt ons deelgenoot van zijn isolement, met als sterkste wapen kamermuziek. Schubert was groot in het kleine. Hij toen, wij nu, er is verwantschap met een overledene. Voor wie er gevoelig voor is hier een lijstje met wat aanbevelingen, misschien helpt het.
- • Impromptu 1 in c-kl. D. 899
- • Impromptu 3 in Ges-gr. D. 899
- • An die Musik (Lied) D. 547
- • Notturno in Es-gr. D. 897 (piano, viool, cello)
- • Strijkkwartet 14 in d-kl. D. 810 Der Tod und das Mädchen (deel 2: Andante con moto)
- • Rondo in A-gr. piano quatre mains D. 951
- • Meeresstille (Lied) D. 216
- • Sonate voor cello en piano in a-kl. D. 821 Arpeggione ,
(deel 2: Adagio en deel 3: Allegretto) - • Strijkkwintet in C-gr. D. 956 (deel 2: Adagio)
